𝜱ΔΓΞΨβαΘπξ

News

Mailed on 18 February 2015.

Nieuwsbrief Technische Wiskunde, Jaargang 1, aflevering 1.

Voorwoord door Hidde Wieringa, Commissaris Onderwijszaken W.S.G. Abacus.

Op de TWiST van december 2014 kwam naar voren dat studenten van de opleiding Technische Wiskunde graag meer willen weten over de gang van zaken binnen de opleiding en het resultaat van alle evaluaties die worden gehouden.

In samenwerking met de opleiding heb ik dit uitgewerkt in een nieuwsbrief die elk kwartiel zal verschijnen. Daarin zal informatie staan van onder andere de opleidingsdirecteur, de bachelorcoördinator, de voorzitter van de Opleidingscommmissie, de voorzitter van de Examencommissie en de Commissaris Onderwijszaken van Abacus. Zo nodig kunnen andere personen ook informatieve stukjes schrijven. 

Reacties zijn altijd welkom. Ideeën en wensen kunnen altijd aan mij of Jan Willem Polderman worden gemeld. Veel leesplezier!

Voorwoord door Jan Willem Polderman, opleidingsdirecteur.

Dit is de eerste onderwijsnieuwsbrief Toegepaste Wiskunde. De afspraak is dat we aan het begin van elk kwartiel terugblikken op het vorige. De nieuwsbrief is bedoeld om informatie te geven, maar in het bijzonder om de studenten te informeren wat er zoal speelt in de opleiding en wat er gebeurt met de feedback die zij geven middels module-evaluaties, evaluaties van Abacus, TWIST enz. In deze eerste aflevering Terugblikken op de modules 1, 2, 5 en 6 en een stuk over het reilen en zeilen van de opleidingscommissie TW. Ik hoop dat we met dit initiatief in een behoefte voorzien. Commentaar en reacties zijn van harte welkom.

Terugblik op module 2 door Hans Zwart, docent Lineaire Structuren II.

Het mooie van module 2, in ieder geval vanuit het gezichtspunt van de docenten, is dat de studenten daar al ervaren wat wiskunde is. In de eerste module was dat al het geval met Lineaire Stucturen I, in module 2 komt daar nog analyse en optimalisatie bij. Natuurlijk proberen we dat in de colleges over te brengen, maar door het project gaat het voor de studenten veel meer leven. Vorig jaar is pas halverwege het kwartiel besloten om het project zo te maken dat creativiteit, inventiviteit, en wiskundige vaardigheden gevraagd worden. Het overkoepelde onderwerp binnen het project is benadering, en daarbinnen kunnen hele verschillende onderwerpen gekozen worden, variërend van benaderingen van pi, tot het Taylor polynoom. Het eindresultaat moet een helder, wiskundig verslag en presentatie zijn, met natuurlijk nette bewijzen. Op basis van onze ervaringen van vorig jaar hebben we een aantal veranderingen door gevoerd. Zo is Lineaire Structuren II, naar voren geschoven, om meer ruimte te maken voor het project, analyse is aangepast, en is het onderdeel bewijslab strakker georganiseerd. Dit alles heeft tot gevolg gehad dat deze module veel beter liep dan vorig jaar. Dit is niet alleen in de optiek van de docenten, maar belangrijker ook in de optiek van de studenten. De evaluatie van dit jaar was veel beter dan die van vorig jaar. Natuurlijk zullen we onze ervaringen van dit jaar gebruiken om de module nog meer tot 1 geheel te smeden. In het bijzonder zullen we proberen Lineaire Structuren beter te verbinden met Lineaire Optimalisatie, waarmee de module meer een geheel gaat vormen. De studenten gaven aan dat er anders eigenlijk een onderwerp te veel in de module zit. Al met al kijk ik terug op een behoorlijk verlopen module, waar ik trots op ben.

Verslag TW-Module 6 -- Dynamische Systemen door Hil Meijer, modulecoördinator.

Deze module draaide om de oude vakken Gewone Differentiaalvergelijkingen, Inleiding Wiskundige Systeemtheorie en Numerieke Wiskunde en Modelleren. Het aardige van deze combinatie is dat het gedrag van  dynamische systemen in deze vakken analytisch en kwalitatief bekeken wordt, en gecontroleerd naar de  gewenste oplossing. En waar de analyse ophoudt, hebben we numerieke methoden nodig om de oplossingen te bepalen en analyseren.

In het project kwamen alle vakken terug. Herman van der Kooij (UT-WB, VICI-laureaat) gaf een enthousiasmerende startvoordracht over dynamica van het lichaam en exo-skeletten. Daarna waren studenten vrij om een eigen aspect van lichaamsdynamica te modelleren, zolang er maar een (omgekeerde) slinger in te herkennen was. Uiteindelijk is er gekeken naar periodieke looppatronen en het balanceren met een stok van een koorddanser, een schaatser en het effect van lichaamsbuigingen om rechtop te blijven. Als docenten zagen we een concreet model flink uitdaagde om de theorie te gaan toepassen.

De vakken en het project zijn er vooral op gericht een concrete situatie te modelleren en te analyseren en/of regelen. De theorie van de vakken is echter goed wiskundig onderbouwd. In Capita Selecta werden o.a. eenduidigheid en uniciteit van oplossingen, numerieke stabiliteit van algoritmen, Routh-Hurwitz criteria behandeld met de achterliggende bewijzen. Na een college werkten studenten zelf een stuk van een bewijs of toepassing ervan uit. Als docenten vonden wij dit een mooi onderdeel.

Over het algemeen spreekt uit de evaluaties dat de studenten de module als prettig en motiverend ervoeren. Er waren maar twee toetsen, integraal over alle vakken over alle stof tot dan toe, naast een practicum Numerieke Wiskunde en het projectverslag. Het rooster ging uit van zelf plannen en voldoende rust om voor toetsen te leren, al is het in modules nog lastig genoeg om stof niet te snel te behandelen.

 

Er zijn natuurlijk zaken die beter kunnen. In het rooster kwamen nu bepaalde colleges vlak voor opgaven-sessies. Er kan wat ruimte gecreëerd worden zodat er meer tijd is voor zelfstudie om de nieuwe stof te laten bezinken. De organisatie van het project is dit jaar deels gaandeweg het traject uitgevonden. Volgend jaar kan dat helderder in een handleiding vooraf uitgestippeld worden. Er was een tweede gastcollege dat we waarschijnlijk door een modelleerdag gaan vervangen.

Terugblik op modules 1 en 5 door Brigit Geveling, bachelor coördinator en modulecoördinator module 1.

De modules 1 en 5 liggen al weer een tijdje achter ons. De plannen om de modules te verbeteren zijn gemaakt.

Module 1 draaide voor het tweede jaar. Vorig jaar vertelden de studenten ons dat het rooster niet erg prettig was. Van 8.45u tot 17.30u op de universiteit was zwaar. Ze wilden liever op het eind nog zelfstudie in het rooster, zodat ze konden kiezen: vóór half zes alle sommen af of er pas mee verder na de maaltijd en de afwas. Dit jaar heb ik geen narigheid over het rooster gehoord. Wel over de zaal. Vooral van de docenten. Het digitale bord deed het nooit. Wiskunde op een klein white board is niet alles. In kwartiel 3 heb ik een zaaltje in Cubicus kunnen regelen met een echt krijtbord. Lekker stoffig. Docenten moeten een beetje oppassen. Geen les geven in zwart pak, maar verder is het prima.

De toetsing in module 1 was het eerste jaar ook iets teveel van het goede. Het aantal toetsen is teruggebracht. Snel toetsen heeft natuurlijk wel het voordeel dat de studenten al gauw weten of ze goed bezig zijn. Ik hoop dat we ze deze ervaring toch hebben kunnen geven door een oefentoets bij Lineaire Structuren I in te lassen.

Het project was dit jaar een andere dan vorig jaar. Studenten zijn enthousiaster, maar nog steeds is er weinig verbinding met Math A+β1 en Lineaire Structuren I. Daar moet dus nog aan gewerkt worden. En dan had ik dit jaar het geluk dat Brenny van Groesen een mooi college over wiskundig modelleren heeft gegeven. Welke docent doet hem dat volgend jaar na?

Half januari is er een eindevaluatiegesprek over module 5 geweest. Behalve de docenten waren daar ook twee studenten, Jasmijn en Wouter, bij aanwezig. Het geheel stond onder leiding van Hans van den Berg van de onderwijskundige dienst. Er zijn een aantal afspraken gemaakt. Zo zal het rooster volgend studiejaar aangepast worden. Geen twee toetsweken meer. Bij de statistiek zal wel huiswerk blijven, iets minder dan afgelopen jaar, maar de tussentoets verdwijnt. Het presentatievak zal zo verroosterd worden, dat er pas gestart wordt in week 3 met presentaties van studenten en dat de presentaties niet het bestuderen van de toetsstof in de weg zit. Er wordt nog nagedacht over een goede voorbereiding voor de presentaties.

Er valt ook nog wel wat te vertellen over het tweede kwartiel. De lunch met de eerstejaars en de OLD en bachelorcoördinator was aanleiding om met de docent Lineaire Optimalisatie te praten en om het rooster aan te passen. Een hele klus, zo’n rooster. Vervelend genoeg bleek achteraf dat er weer anderen waren die het rooster zoals het was juist prima vonden. Zij waren niet bij de Lunch met de OLD. Ik doe dan ook meteen maar een oproep om deze lunches wel goed te bezoeken. Dan krijgen we een beter beeld van het totale plaatje.

Voor de tweedejaars is de lunch erbij ingeschoten. Niet netjes van mij, maar ik ben het helemaal vergeten te organiseren. Voor volgend kwartiel liggen zijn de lunches al in het rooster geplaatst.

Voor de derdejaars zijn er in het tweede kwartiel leerstoelpresentaties geregeld. Hmmm, daar waren de studenten niet zo tevreden over en ik ook niet. Niet de presentaties zelf, maar het hele rooster. Er zaten soms wel drie presentaties in één week. En dat betekent dan dat er ook drie lunchpauzes bezet zijn. Plan om dit in het vervolg te voorkomen: al in september inplannen. Overigens moeten we ook nadenken of de vorm met leerstoelpresentaties nog geschikt is.

De studenten die nu met de bacheloropdracht bezig zijn, volgen ook workshops over samenwerken. Vorig jaar was de eerste workshop in week 8 van kwartiel 3. Te laat, schreef men in evaluaties. Deze keer is de eerste workshop bij het schrijven van dit stukje al achter de rug.

Opleidingscommissie Technische Wiskunde en Applied Mathematics door Yoeri Boink, studentlid van de OLC.

De OLC is het orgaan van de opleidingen TW en AM die gevraagd en ongevraagd advies uitbrengt over het onderwijs binnen deze twee opleidingen. De OLC bestaat uit 4 medewerkers en 4 studenten. De medewerkers komen uit verschillende vakgroepen. De studenten komen uit verschillende jaarlagen van zowel de bachelor als de master. Bij elke OLC vergadering is ook het onderwijsmanagementteam (OMT) aanwezig. In de praktijk betekent dit dat zowel Jan Willem Polderman als Brigit Geveling erbij zijn. De OLC vergadert eens per anderhalf tot twee maanden over verschillende onderwerpen, waarin de volgende zaken  terugkerende agendapunten zijn:

-          Vakevaluaties van TW en AM. Zowel centraal georganiseerd als panelgesprekken als op andere manier verkregen evaluaties. Het is hierbij handig als leden van de OLC al langer zitten, zij kunnen terugkerende problemen sneller zien en zullen deze als het nodig is aankaarten. Af en toe komt er een advies van de OLC dat een vak aangepast moet worden, wegens terugkerende klachten. Zij bekijken dan ook het verbeterplan van de docent en ze kijken ook of er echt verbetering geboekt is.

-          Nieuwe of aangepaste vakken. In de laatste jaren zijn vooral de nieuwe TOM-modules ter sprake gekomen en zijn de modules van de eerste twee jaren inmiddels goedgekeurd.

-          Het goedkeuren van de (nieuwe) OER (onderwijs- en examenregeling) voor TW en AM.

Om een beter beeld te geven van de OLC, volgen hier nog een aantal andere zaken die het afgelopen jaar zijn besproken:

-          De individuele Bacheloropdracht: worden de B-opdrachten individueel of blijft dit in groepjes?

-          Studiekeuzeactiviteit: wat is de inhoud hiervan en wat moet hierin komen?

-          Dubbelstudie TN/TW en TI/TW: hoe ziet het vakkenpakket eruit?

-          Compensatie in TOM: mag er gecompenseerd worden tussen kleine onvoldoendes en ruime voldoendes? Zo ja, op welke manier?

-          Internationalisering TW: moet TW overgaan op het Engels?

-          Reflectieonderwijs: op welke manier moet dit terugkomen in het curriculum?

-          TW en TN in de wiskundelijn: doen we mee met de wiskundelijn of gaan we apart?

-          Programmeerlijn in TW: welke ‘taal’ wordt er geleerd en hoe komt dit aan de orde in de modules?

Het zijn dus erg belangrijke beslissingen die genomen worden in de OLC en dit moet in maar een aantal korte vergaderingen (2 uur) per jaar gebeuren. In de praktijk zijn leden van de OLC (zowel studenten als docenten) dan ook aanwezig bij andere (informelere) overleggen, zoals de curriculumcommissie van TW en AM (hoe moet het curriculum eventueel veranderd worden), module-overleggen (wat is de specifiekere inhoud van de nieuwe TOM-modules?) en de programmeerlijncommissie (welke programmeerbehoefte is er en hoe wordt aan deze behoefte voldaan?). Al deze commissies en overleggen zorgen ervoor dat er al goed nagedacht is over de zaken die besloten moeten worden en dat veel OLC-adviezen direct positief zijn.

 

Als student heb je echt invloed op hetgeen de opleiding doet, voor veel zaken is namelijk eerst een positief OLC-advies nodig en deze bestaat dus voor de helft uit studenten. Twee voorbeelden van zaken waarin studenten echt een belangrijke rol hebben gespeeld:

-          Compensatieregeling in het TOM: eerste versie van het OMT is afgewezen en van advies voorzien (deze was te ingewikkeld en niet goed onderbouwd). De regeling die we nu gebruiken is sterk gebaseerd op dat advies.

-          De indeling van het TOM-afstudeersemester is bedacht door studenten die deze onderdelen in het oude curriculum al hadden gevolgd. Voor studenten is het vaak makkelijker om over de verschillende vakgroepen heen te kijken en kunnen hun ervaringen gebruiken om een beter OLC-advies te geven. Ook zien zij beter waar precies de moeilijkheden van studenten zitten.

Studenten nemen in principe voor een jaar zitting in de OLC, medewerkers voor twee jaar. In de praktijk zullen studenten echter soms twee of drie jaar in de OLC zitten. Het is belangrijk om te weten dat iedereen kan solliciteren voor een plek in de OLC, zolang je maar affiniteit met het onderwijs hebt.  Voor meer informatie over de agendapunten, om de notulen te lezen of om te kijken wie er op dit moment in de OLC zit, kun je kijken op http://www.utwente.nl/tw/organisatie/onderwijsorganisatie/olc/